R.A. Fakkert, J.A.H. Gooszen, J.T.M. Haver, L. Noteboom, S.S. Gisbertz, M.I. van Berge Henegouwen
Donderdag 24 mei 2018
17:17 - 17:22u
in Zaal 83
Categorieën: Poster presentatie, Upper GI, Oesophagus, Maag, Vrije voordrachten (V-sessie)
Parallel sessie: V05 Upper GI
Patiënten met maligniteiten van de bovenste gastro-intestinale tractus hebben een grote kans op complicaties na maag- of oesophagusresectie. Dysfagie, vertraagde maagontlediging, reflux en dumping syndroom kunnen lijden tot gewichtsverlies en malnutritie. In deze studie werd onderzocht of deze factoren leiden tot deficiënties of afwijkende laboratoriumwaarden.
Alle patiënten die een maag- of oesophagusresectie ondergingen en tussen april 2016 en juni 2017 een follow-up van 6 maanden tot een jaar hadden na initiële operatie werden geïncludeerd in deze studie. Alle patiënten worden postoperatief jaarlijks geëvalueerd op hemoglobine, protrombinetijd, calcium, ferritine, zink en vitamines (A, B1, B6, B12, 25OH-vitD 2+3, E en foliumzuur). Voor deze studie werden patiënten zes tot twaalf maanden postoperatief geëvalueerd op deficiënties en andere afwijkende laboratoriumwaarden. Patiënten na een maagresectie krijgen standaard vitamine B12 suppletie. Vitamine D-deficiënties werden gecategoriseerd in drie groepen: ernstig:
Totaal zijn 92 patiënten postoperatief geëvalueerd, 27 patiënten na een maag- en 65 patiënten na een oesophagusresectie. Voor de maagresectiegroep waren er geen deficiënties voor calcium, vitamine E en vitamine B12. Wel bleken deficiënties of afwijkende waarden van ferritine (31%), hemoglobine (62%), protrombine tijd (25%), zink (27%) en vitamine D (80%). De oesophagusresectiegroep had deficiënties of verlaagde waarden van hemoglobine (53%), zink (20%) en vitamine D (69%).
Voor de maagresectiegroep was er in 23% sprake van ernstig, in 27% matig en in 31% laag vitamine D tekort. In de oesophagusresectiegroep was 6% ernstig, 31% matig en 31% laag.
Uit deze studie blijkt dat na een maag- of oesophagusresectie zeer frequent vitaminedeficiënties bestaan. De meest opmerkelijke uitkomst is dat een anaemie en vitamine D-deficiëntie bij meer dan de helft van de patiënten voorkomt. Bij geen van de oesophagusresectiepatiënten kwam een vitamine B12 deficiëntie voor.